Schriftelijke vragen over Helwerdermaar
Schriftelijke vraag/vragen
cf. art. 32 Reglement van Orde gemeenteraad het Hogeland.
Datum: 4 februari 2021
Vragensteller: Janny Klei
Fractie: PvdA
Onderwerp: Dam Helwerdermaar
Toelichting/inleiding
Op 20 maart 2019 heeft onze fractie schriftelijke vragen gesteld over de problematiek rond de dam in het Helwerdermaar. Problematiek omdat door deze dam de vaarrecreatie in Noord Groningen en daarmee in onze gemeente beperkt wordt. Het college heeft in de beantwoording van de vragen van genoemde datum aangegeven dat het Waterschap 2 ton gereserveerd heeft voor het verwijderen van de dam en het plaatsen van een brug. De werkzaamheden worden volgens de beantwoording gecombineerd met werkzaamheden die voortvloeien uit de wijziging van het peilbesluit. Tevens heeft u in de beantwoording aangegeven dat u er van uit gaat dat deze werkzaamheden na vaststelling van het peilbesluit eind 2019 met voorrang zullen worden uitgevoerd zodat de vaarroute in 2020 weer beschikbaar is. Tot op heden is de vaarroute slechts toegankelijk voor een kano.
Vraag/vragen
Naar aanleiding van het bovenstaande stel ik op grond van art. 32 van het Reglement van orde van de gemeenteraad namens mijn fractie de volgende vraag/vragen aan het college van burgemeester en wethouders:
1. Is het college onverkort van mening dat de vaarrecreatie in Noord Groningen breed toegankelijk moet zijn voor diverse vaartuigen?
2. Is het college er van op de hoogte dat er in de uitvoering in het jaar 2020 helemaal niets gebeurd is rond de bevaarbaarheid van de Helwerdermaar?
3. Is het College bekend met het feit, dat er eind november 2020 nog allerlei onderzoek door verschillende belanghebbenden, zoals toeristische ondernemers, is gedaan welk type sloep wél door de dam kan?
Naar aanleiding van bovenstaande vragen:
4. Kan het college ons informeren over de huidige stand van zaken met betrekking tot de ontwikkelingen rond de vaarroute?
5. Verwacht het college dat de vaarrecreatie in 2021 zonder het obstakel rond de Helwerderdam weer goed bevaarbaar is?
6. Blijft het college zich inspannen voor de zeer gewenste aanpassing?