Waar komt het zesje terecht?

Door Jan Willem Nanninga op 27 juni 2019

Algemene beschouwingen juni 2019 (geschreven door Jan Willem Nanninga met input vanuit de raad/fractie)

Inleiding

Het financiële perspectief is gekanteld. We staan er minder goed voor dan aanvankelijk gedacht en bovendien hebben we nog niet helemaal scherp hoe de situatie nu werkelijk is. Het beeld kan snel veranderen en dat stemt niet erg vrolijk. Want hoe moet je daar nu beleid op maken? Op bladzijde 12 van de voorjaarsnota schrijft het college dat we zullen moeten accepteren dat niet alles een negen of een tien kan zijn, maar dat we ons soms tevreden moeten stellen met een zesje. Dat roept de vraag op ‘Waar komt het zesje terecht?’

Waar komt het zesje terecht?

Die vraag zal de PvdA beantwoorden, maar daartoe draaien we de vraag soms ook om: ‘Waar mag het zesje beslist niet terechtkomen?’ We volgen bij de beantwoording van die vraag onze speerpunten en zullen ons ook een paar beschouwende  uitstappen veroorloven.

Meedoen van alle kinderen

Wij willen dat alle kinderen mee kunnen doen aan educatieve, culturele en sportieve activiteiten. Wij zien dan ook uit naar de herziening van het minimabeleid, maar willen geen verschraling. Uiteraard kom je dan ook bij de jeugdzorg terecht. Alle kinderen hebben recht op goede zorg.  Als we met vroegtijdige preventieve maatregelen  kunnen voorkomen dat kinderen doorstromen naar duurdere vormen van zorg, dan is dat heel mooi. Maar bij ons bestaat de angst dat het geld leidend is en niet de behoeften van kinderen en hun ouders. Tegelijkertijd zijn we bang dat we bezig zijn met een race naar de bodem. Van aanbieders vragen we dermate veel dat het steeds moeilijker lijkt te worden om  de tent draaiende te houden. Met onzekerheid voor personeel en  kwaliteitsverlies als gevolg. Goed aanbesteden met oog voor kwaliteit en personeel is wat ons betreft een must.

Wonen en leefbaarheid

In onze gemeente hebben we op meerdere plekken ‘ rotte kiezen’. Plekken die enigermate verloederen. Dat speelt in dorpscentra, in wijken met veel woningen in de huursector, maar ook rond particuliere woningen die leeg zijn komen te staan. Voor wat betreft de grotere winkelkernen worden we gered door het NPG. Daar kunnen we een extra boost geven. Maar ook die andere plekken vragen aandacht. College doe wat, maar zorg in ieder geval dat in dergelijke wijken het groen en de stoep in topconditie zijn. Ga op deze plekken voor een acht en niet voor een zes!
Tegelijkertijd hebben we een schat aan panden die behoren tot ons erfgoed. Het is onze plicht om daar op een zorgvuldige wijze mee om te gaan. Dat vraagt handhaving en ook voorlichting over de betekenis van het wonen in ons cultureel erfgoed. Een zesje volstaat niet!
Zoals we eerder aangegeven hebben, baart de ontwikkeling van en rond Oudeschip ons zorgen. In de begrotingsvergadering vroegen  we ons af of we niet ons eigen Oterdum, Weiwerd of Heveskes creëren. Wij vinden dat de bewoners er recht op hebben te weten wat het perspectief van hun dorp is. Hierop moet een antwoord komen. En wat is de toekomst van Valom? Welke ruimte bieden we aan economische ontwikkelingen? Offeren we desnoods dorpen op? Wat ons betreft niet!
Voor MFA Bedum trekt het college anderhalf miljoen uit voor 2021. Wij juichen dat toe. Mede omdat het gaat om een accommodatie met een brede invulling met o.a. een dorpshuis-achtige functie. Wij dringen er daarom bij het college op aan om samen met Wierden & Borgen een toekomstvisie te ontwikkelen voor de professorenbuurt inclusief het Trefcentrum.

Beleidsstukken/harmonisaties

In het vierde kwartaal van dit jaar komt het college met veel beleidsstukken richting de raad. Daar spreekt de ambitie uit dat het college vaart wil maken. De vraag is of die ambitie realistisch is. In het algemeen willen we de opmerking maken dat kwaliteit voorop hoort te staan en niet het tempo. Ook de raad moet zorgvuldige afwegingen kunnen maken. Los daarvan bestaat bij ons de angst dat we straks allerlei prachtige beleidsstukken hebben, maar niet de middelen om de geformuleerde ambities waar te maken. Het mogen geen papieren tijgers worden.

Meedoen

We hopen niet dat de lokale inclusieagenda dat lot beschoren is. Ongetwijfeld kun je al veel realiseren als onze houding en gedrag veranderen, maar er zijn ook veel zaken die niet kosteloos zijn. Twee opmerkingen uit de nota stellen ons niet gerust. Op bladzijde 16 worden bij het integraal mobiliteitsplan wel auto, fiets en openbaar vervoer genoemd, maar niet scootmobiel, rolstoel en wandelwagen. Wat integraal? En op bladzijde 45 zegt het college zijn uiterste best te doen om aan de taakstelling van afspraakbanen te voldoen. Je doet niet je uiterste best, je gaat de taakstelling halen! Dat moet het uitgangspunt zijn. Wij willen dat het college bij alle ruimtelijke projecten mensen met een beperking vroegtijdig bij het proces betrekt. Het mag niet zo zijn dat we straks prachtige winkelcentra hebben, maar dat toegang met een scootmobiel of rolstoel achteraf niet mogelijk blijkt te zijn. Hiermee hoef je niet te wachten tot er een plan ligt. Dat moet je nu gewoon al doen.

We hebben het nog steeds over meedoen of participeren. Mensen die zijn aangewezen op een zeer karige bijstandsuitkering, wordt meedoen wel heel erg moeilijk gemaakt. De PvdA zou graag zien dat de uitkering wordt opgetrokken. Graag willen we die oproep aan de regering doen middels een breed gedragen motie. Wij hebben die motie nog niet in de achterzak, omdat we graag in tweede termijn horen of andere partijen zo’n motie mee zouden willen indienen of niet.

Participatiesamenleving

Dan over het dilemma van de participatiesamenleving. Enerzijds willen we dat mensen allerlei klussen onbetaald en vrijwillig oppakken, naast een betaalde baan. Tegelijkertijd moeten we erkennen dat heel veel potentiële banen daardoor niet worden gecreëerd. Als we voor de participatiesamenleving kiezen (en dat doen we), dan moeten we accepteren dat er niet voor iedereen een passende baan is. Dat betekent dat we ook blij met onze inwoners moeten zijn als ze vrijwilligerswerk doen en geen betaalde baan hebben. Op de één of andere manier zou je mensen daarvoor moeten kunnen belonen bovenop hun uitkering. De PvdA heeft daarvoor een voorstel gedaan in 2018, bij de verordening re-integratie door de thans al mogelijke  premie te verhogen. Dat amendement heeft het niet gehaald. Toch gaan onze gedachten nog steeds in een dergelijke richting. Wij willen graag dat het college in het beleidsplan de mogelijkheden verkent naar een vorm van beloning, hetzij in financiële -, hetzij in materiële zin.

Inwoners en gemeente

Het college zegt over verhoudingen tussen inwoners en gemeente op bladzijde 38 het volgende: ‘We willen meer loslaten en/of ruimte bieden. Er wordt op dit moment gewerkt aan een nadere uitwerking en invulling daarvan’.  Dat lijkt ons heel gewenst.

Bij het creëren van publieke waarde zijn er vier fasen waarin je de samenleving kunt betrekken. Kort gezegd kun je mensen betrekken bij:

  1. het denken over vraagstukken,
  2. het nemen van besluiten
  3. het doen of het uitvoeren van plannen
  4. het leren van de opgedane ervaringen

De vraag is steeds bij welke fase je de inwoners betrekt en op welke manier. Het lijkt erop dat wij voorlopig nog kiezen voor meedenken en meedoen. Meebeslissen is eigenlijk nog niet aan de orde. Toch zullen we moeten kiezen hoever we hierin willen gaan. Geven we de samenleving de gelegenheid om beslissingen te nemen en bij welke vraagstukken dan? En dan nog onze rol, als raad. Hoe gaan wij ons verhouden tot bewonersinitiatieven? ProDemos adviseert dan ook een heldere rolverdeling tussen college, raad en ambtelijk apparaat. Het wordt tijd dat we hierover met elkaar van gedachten wisselen. Het primaat behoort bij ons samen te liggen en niet bij het college alleen. Samen lerend op weg van een zesje naar een acht.

Aantal opmerkingen

Voor we afsluiten willen naar aanleiding van de inhoud nog een tiental opmerkingen maken:

  1. Het heeft ons verbaasd dat onderwijs geen aandacht heeft in de voorjaarsnota
  2. Het lijkt de PvdA gewenst dat alle scholen dBos krijgen en dat alle kinderen de ‘echte’ bieb in hun schoolloopbaan een aantal keren actief bezoeken
  3. De PvdA geen bibliotheken van het kaliber ‘zesje’ wil
  4. Muziekschool Hunsingo en Jeugdtheaterschool Wonderboom onze steun verdienen bij het vormen van een breed kunstencentrum ter bevordering van cultuureducatie
  5. De PvdA ingenomen is met de toegenomen bereikbaarheid van de Eemshaven voor werknemers en stagiaires
  6. De keuze voor een langere begeleiding naar en op het werk door jobcoaches heeft onze instemming
  7. Verder uitrollen pilot Ondersteuner Jeugd en Gezin lijkt ons zeer gewenst
  8. Wij hopen dat de versnelling van de transitie woningvoorraad van de grond gaat komen. Alle inwoners moeten zeker zijn van een fatsoenlijke woning
  9. De PvdA wil dat de contacten van inwoners met de gemeente op korte termijn verbeteren
  10. In de vlucht naar voren wordt de gemeente organisator van festivals. Na het afvalfestival krijgen we nu het gezondheidsfestival. De indruk bestaat dat er nog vele zullen volgen, want wat doe je anders met een evenementen- of festivalterrein.

Nieuw beleid

De komende jaren staan in het teken van het formuleren van nieuw beleid, met beperkte financiële middelen, een financiële situatie die nog veel onzekerheden kent en een aantal grote projecten uit de nalatenschap van de voormalige gemeenten, die nog ten uitvoer moeten worden gebracht. De Ruimte! voor ambities is dan ook beperkt. De verleiding om inhoudelijk van alles over de inhoud te roepen is groot, maar dat gaan we in deze situatie niet doen. Op een aantal hoofdlijnen heeft de PvdA aangegeven waar ze meer dan een ‘zesje’ verlangt.

Terzijde

Terzijde merkt de PvdA nog op dat ook na het neerhalen van de regenboogvlag Hogelandsters zichzelf moeten kunnen zijn op school, op straat, op het werk en in de openbare ruimte.

 

(foto: resultaat Googlesearch)

Jan Willem Nanninga

Jan Willem Nanninga

Ik ben Jan Willem Nanninga, geboren in Sint Jacobiparochie, opgegroeid in Baflo en ik woon nu al weer lange tijd in Winsum. Ik voel me een jongen van de streek. Nadat ik in Baflo de lagere school heb doorlopen, ben ik naar de HBS in Warffum gegaan. Na mijn opleiding ben ik, als gymleraar, teruggekeerd

Meer over Jan Willem Nanninga